In 2013 verzorgde ik een boek met de titel Christus Die ons leven is. Tweedehands is er, zo begrijp ik nauwelijks meer aan te komen. Ik heb een bijdruk laten maken. De prijs is met verzendkosten 30 euro. Wie belangstelling heeft, kan het mij mailen (met adresgegevens). Hier onder volgt het woord vooraf dat ik destijds voor dit boek schreef.
De hoofdstukken van dit boek zijn zo geschreven, dat zij elk voor zich gelezen kunnen worden. Echter, de rode draad die door dit boek loopt, is het karakter en de inhoud van het Evangelie. In de rechte theologie gaat het om het juiste zicht op de verhouding tussen Wet en Evangelie. De wet verdoemt iedereen die buiten Christus is. Alleen door het geloof in Christus is er zaligheid. Wie door het geloof met Christus wordt verenigd, wenst ook Zijn beeld te dragen. Het Evangelie leidt niet tot de afschaffing van de wet, maar tot de vervulling. Christus heeft enerzijds de vloek van de wet weggenomen en schrijft anderzijds door Zijn Geest Zijn wet in ons binnenste. De geboden zijn een uitdrukking van Gods eigen Wezen. Er is geen waar geloof zonder het wandelen in Gods wegen en geen wandelen in Gods wegen zonder een waar geloof.
In de rechte prediking van het Evangelie horen we niet alleen het appèl van geloof en bekering, maar wordt ook vertolkt hoe de Heilige Geest Christus en de schatten die in Hem te vinden zijn aan een schuldig en verloren mensenkind toe-eigent. De Heilige Geest leert een mens daar telkens weer kracht en troost uit scheppen. De rechte bediening van het Evangelie is zowel appellerend als bevindelijk. Wanneer alleen het appèl wordt gehoord, dreigt het gevaar van een religie waarin Christus meer lijkt op een sergeant-majoor die zijn rekruten drilt, dan op de goede Herder Die de lammeren in Zijn schoot draagt. Een prediking die louter bevindelijk wil zijn, verliest juist de kenmerkende trek van alle waarachtige bevinding, namelijk de gerichtheid op Christus en Zijn beloften. Die worden in nood, beproeving en aanvechting waar bevonden.
Er is met name sinds de negentiende eeuw in Nederland veel polemiek geweest over de betekenis van Gods beloften. Met dit boek wil ik geen nieuwe brandstof naar het vuur van de polemiek dragen, maar begeer ik juist de polemiek te overstijgen. Het waarachtige geestelijke leven bestaat in het naderen tot de Vader door Jezus Christus krachtens het onderwijs en de leiding van de Heilige Geest. Waarachtig geestelijk leven is ondenkbaar zonder de verborgen omgang met God. Een omgang die soms zeer zoet mag zijn. Deze omgang met God wordt naar buiten toe zichtbaar in de gestalte van het vreemdelingschap. Een christen weet zich op doorreis naar het nieuwe Jeruzalem. Zo vervult hij zijn taak in deze wereld en wandelt hij matig, rechtvaardig en godzalig.
De titel van dit boek is ontleend aan Kolossenzen 3 vers 4: ‘Wanneer nu Christus zal geopenbaard zijn, Die ons leven is, dan zult ook gij met Hem geopenbaard worden in heerlijkheid.’ De Persoon van Jezus Christus, als de van God gegeven Zaligmaker en Middelaar, is de kern en het hart van het christelijke geloof. Het Evangelie van enkel genade op grond van het werk van Christus is de eigengerechtigde mens een ergernis, terwijl ongeïnteresseerden de bekoorlijkheid er niet van kunnen verstaan. Dat wordt anders als God, Die rijk is in barmhartigheid, ons mede levend maakt met Christus. Dan gaan we roemen in Christus en Zijn kruis. Dan beseffen we dat wij dat nooit te veel, maar nog altijd veel te weinig doen. Deze taal en vooral de beleving daarachter verbindt wereldwijd en de eeuwen door christenen met elkaar.
Of wij werkelijk iets van Christus hebben geleerd, blijkt niet zozeer in woorden of in kennis van theologie en allerlei theologische onderscheidingen, maar in het leunen op Christus en het gelijkvormig zijn aan Hem. Een christen is een bedelaar die rijk is in God. De boodschap van het Evangelie, die aan iedereen mag worden verkondigd, is een boodschap van troost voor treurigen. Ongeïnteresseerde en wereldgelijkvormige mensen hebben geen belang bij het Evangelie. Gearriveerde mensen menen het Evangelie al volledig te verstaan. Zij denken dat de bediening van het Evangelie, als een boodschap van troost voor treurigen, voor hen niet meer nodig is. Maar voor treurigen die zichzelf altijd weer tegenvallen en moeten belijden dat zij zelfs met hun beste werken niet voor God kunnen bestaan, is en blijft het Evangelie altijd weer een boodschap van troost. Ze is een goede tijding uit een ver land en als een beker koud water voor een dorstige ziel. Als dit boek ertoe bij mag dragen dat de inhoud van het Evangelie zó wordt verstaan, zijn de inspanningen van de schrijver rijk beloond