De gravin van Huntingdon werd in 1707 geboren en in 1791 stierf. Zij en haar man, de negende graaf van Huntingdon, behoorden tot de aanzienlijkste families van Engeland. De Bijbel leert ons dat er niet vele rijken zalig worden. Er staat echter niet dat er geen enkele rijke de zaligheid zal beërven.
Selina Hastings, gravin van Huntingdon, was niet alleen een vrouw die tot de hoogste kringen van de samenleving behoorde, maar zij werd ook rijk in God. Als kind had zij al diepe indrukken van dood en eeuwigheid. Voor grove zonden bleef zij bewaard. Zij was ernstig en zocht ijverig te zijn in goede werken. De weg van verzoening en zaligheid was haar echter onbekend. Haar godsdienst was als die van de rijke jongeling.
Toen drie schoonzusters tot waarachtige bekering kwamen door middel van de prediking van ds. Benjamin Ingham maakte dat op haar een diepe indruk. Dat gold met name voor het getuigenis van haar schoonzus Margaret Hastings die trouwde met de genoemde predikant.
Margaret zei haar: ‘Sinds ik de Heere Jezus tot zaligheid mag kennen en geloven, ben ik even gelukkig als een engel.’ Selina werd zo aan haar geestelijke armoede en rampzalige toestand ontdekt. Deze vreugde was haar onbekend. Het is een bewijs dat de God geen eenvormige weg gaat om degenen die Hij naar Zich toetrekt, van hun zonde en ellende te overtuigen.
Zeer diep werd Selina Hastings van schuld overtuigd. Diens vrienden gaven tenslotte haar man de raad van haar te scheiden; een advies dat hij overigens niet opvolgde. In haar diepe nood voltrok zich het grote wonder dat God Zijn Zoon aan haar openbaarde. Door de Heilige Geest werd zij in staat gesteld Christus als haar Zaligmaker te omhelzen.
Al haar tegenstand tegen en haar vragen bij Gods weg van verzoening door Christus’ bloed ver-dwenen. Zij mocht betuigen dat zij alle dingen schade had leren achten om de uitnemendheid van de kennis van Christus. Deze dingen vonden allemaal plaats in het jaar 1739. De gravin van Huntingdon was nog maar 39 jaar toen zij weduwe werd.
Zeer veel heeft zij echter voor de zaak van Christus in Engeland mogen betekenen. Haar invloed en haar vermogen wende zij aan om de verbreiding van het evangelie te bevorderen. Zo financierde zij de bouw van niet minder dan 64 kerkgebouwen. Men schat dat zij tijdens haar leven in ons geld omge-rekend een bedrag weggaf waarvan in die tijd meer dan duizend gezinnen een jaar van konden leven
In het geestelijke leven van de gravin is een ontwikkeling te zien waarbij zij steeds meer en dieper het evangelie van vrije genade leerde verstaan. Dit blijkt uit een opmerkelijke brief die zij schreef aan de jonge Anglicaanse predikant Henry Venn, een brief die het middel was dat deze Henry Venn meer tot de vrijheid van de kinderen van God werd gebracht. De gravin schreef de volgende woorden:
‘O mijn vriend, wij kunnen niet aan de eisen van een door ons overtreden wet voldoen – wij hebben geen innerlijke heiligheid in onszelf waarmee wij voor God kunnen bestaan; de Heere Jezus Christus is de Heere onze gerechtigheid. Klem u daarom niet vast aan zulke arme eerste beginselen, aan zulke wegwerpelijke klederen – slechts spinnenwebben van farizeïstische trots – maar zie toch op Hem Die een volkomen gerechtigheid voor Zijn volk heeft verworven. U vindt het een moeilijke opgave om naakt en ellendig tot Christus te komen, ontdaan van elke vorm van aanbeveling maar slechts verdorvenheid en schuld bezittend, en om zo vanuit de uitgestrekte handen van onze goddelijke Immanuël de rijkdommen, ja de overvloeiende rijkdommen van verlossende genade te ontvangen. Maar als u komt, moet u zo komen en niet anders, zoals de moordenaar aan het kruis, de roep van uw hart moet zijn: ‘Heere gedenk mijner.’ Er moeten geen voorwaarden worden gesteld. Christus en Christus alleen moet de enige Middelaar zijn tussen God en mensen. Er kunnen geen armzalige plichtplegingen gesteld worden tussen Christus en de zondaar. Laat het oog van het geloof altijd gericht zijn op de Heere Jezus Christus (…) En nu, mijn geliefde vriend, laat niet langer een valse leer uw preekstoel ontsieren. Preek Christus de Gekruisigde als de enige grond van hoop voor de zondaar. Predik hem als de Leidsman en Voleinder van het geloof, als ook als het enige Voorwerp van het geloof – dat geloof dat een gave van God is. Spoor zondaren die nog zonder Christus zijn, aan onmiddellijk tot deze Vrijstad te vluchten, om op Hem te zien Die verhoogd is tot een Vorst en Zaligmaker om te geven bekering en vergeving van zonden. Ga zo voort en moge uw boog in kracht blijven.’
Laten we onszelf beproeven of de bevindelijk de kracht van deze woorden verstaan en zo niet laten we dan de toevlucht nemen tot de Zaligmaker Die Selina Hastings zozeer aanprijst in haar brief aan Heny Venn. Hij is veel gewilliger ons te ontvangen dan wij gewillig zijn om tot Hem te komen. De Heilige Geest wil ons dit leren door en met het Woord. Daarom zingt Gods kerk: ‘Ik roem in God, ik prijs ’t onfeilbaar Woord, ik heb het zelf uit Zijne mond gehoord.’