De relevantie van de preken en geschriften van C.H. Spurgeon voor vandaag

Wat is de kern van de Bijbelse boodschap? De afgelopen tijd las ik wel een viertal bijdragen van scri-benten uit de gereformeerde gezindte die elk op hun eigen manier aangaven dat de klassieke boodschap van zonde en genade, van verzoening met God omdat Christus de toorn van God wegge-dragen heeft, niet onwaar is maar toch tekort schiet. Er zijn zaken die buiten het kader van de bood-schap van schepping, zondeval, verlossing en voleinding vallen.

Deze geluiden laten zien hoe relevant nog altijd de geschriften van de Engelse prediker Charles Haddon Spurgeon (1834-1892) zijn. Ook in zijn tijd klonken die geluiden, maar vanaf het begin van zijn bediening toen hij als zestienjarige jongen zijn eerste toespraak hield tot het einde ervan stond het kruis van Christus centraal.

Er bestond voor Spurgeon geen enkel misverstand over dat aan het kruis op Golgotha Christus plaatsvervangend de toorn van God heeft weggedragen. Daarom riep hij zijn hoorders heel indringend op bij Christus te schuilen en spoorde hij gelovigen aan gedurig op Jezus te zien.

In de Engelssprekende wereld zijn de laatste tientallen jaren meerdere studies over Spurgeon ver-schenen. Studies waarin zijn boodschap of aspecten daarvan worden geanalyseerd. Het uitgebreidst is die van Tom Nettles Living by Revealed Truth: The Life and Pastoral Theology of Charles Haddon Spurgeon. Als het gaat om de prediking van Spurgeon verdient de studie van Thomas Breimaier Tethered to the Cross: The Life and Preaching of Charles H. Spurgeon een ereplaats.

Breimaier analyseert niet alleen de prediking van Spurgeon maar gaat ook in op de hulpmiddelen die hij daarbij gebruikte. Inhoudelijk spannen puriteinse werken de kroon. Ook voor Calvijn als Schriftuitlegger had Spurgeon zeer grote waardering. Hij noemt nadrukkelijk dat Calvijn recht doet aan de tekst. Bij meerderen die calvinist heten vinden we soms een stuk systeemvorming die wij bij Calvijn zo niet tegenkomen.

Calvijn durft de boodschap van concrete teksten te laten staan en niet door systeemvorming het zwijgen op te leggen. Matthew Henry was voor Spurgeon, al was hij zich bewust van de beperkingen van deze Bijbeluitlegger, een onovertroffen commentaar. Dat was vanwege de combinatie van uitleg en toepassing. Spurgeon raadde predikers aan hoe dan ook Henry te raadplegen.

Breimaier laat zien dat Spurgeon ook kennis nam van eigentijdse negentiende-eeuwse commentaren. Al had Spurgeon dan geen academische opleiding genoten, hij had een grote studiezin en was een echte autodidact. Tegenover de opkomende Schriftkritiek hield Spurgeon vast aan de inspiratie en volkomen betrouwbaarheid van de Schrift (plenary inspiration).

Hij waardeerde vooral eigentijdse commentaren die daaraan vasthielden, al wist hij dat wij soms als het gaat om de achtergronden van een tekst ook kunnen leren van hen die het zelfgetuigenis van de Schrift niet zonder reserve aanvaarden. Echter, zijn advies was commentaren te gebruiken die uitgaan van de volledige inspiratie van de Schrift.

In elke preek stelde Spurgeon het kruis van Christus en de boodschap van verzoening door voldoening centraal. Niet altijd deed hij in zijn preken recht aan de context en historische achtergrond van zijn tekst – of anders gezegd: daaraan schonk hij wel eens te weinig aandacht. Dan nog blijft staan dat Spurgeon een voorbeeld is als het gaat om de wijze hoe de Schrift moet worden gepredikt.

Spurgeon ging ervanuit dat er altijd iemand onder zijn gehoor kon zitten die nog niet met God was verzoend en nog niet wedergeboren was tot een levende hoop en die voor het eerst of wellicht voor het laatst de prediking van het Evangelie hoorde. Die wetenschap gaf aan zijn prediking ernst, drang en bewogenheid. Hij wist zich gebonden aan het kruis en zijn diepste wens was dat zijn lezers en hoorders gebonden zouden worden aan de gekruisigde Christus.

De boodschap van het kruis, van verzoening door voldoening was voor Spurgeon onlosmakelijk verbonden met de wetenschap dat de Bijbel de uiteindelijke bron en norm van ons geloof is. Spurgeon wist ook dat wij alleen zicht krijgen op Christus en deel aan Christus dankzij de vernieuwende werking van Gods Geest. Wie over dit bredere perspectief op de boodschap van Spurgeon iets wil lezen, kan ik de studie van Michael Reeves over Spurgeon on the Christian Life: Alive in Christ in de serie Theo-logians on the Christian Life van uitgeverij Crossway Books aanbevelen.

Telkens weer komt dan ook in zijn prediking de noodzaak van wedergeboorte aan de orde en wijst Spurgeon erop dat deelgenootschap aan de sacramenten nog niet betekent dat wij delen in de genade. Spurgeon heeft ernstig gewaarschuwd tegen de zienswijze dat wij wedergeboren worden door de doop. In een preek die daarover ging, maakte hij duidelijk dat naar zijn overtuiging evangelicals in de Anglicaanse Kerk een zekere dubbelhartigheid was te verwijten. Zij leerden wel de noodzaak van wedergeboorte maar gebruikten desondanks het doopsformulier uit het Book of Common Prayer.

De bekende Octavius Winslow, die een openingspreek had gehouden na de voltooiing van de Metropolitan Tabernacle, was het helemaal eens met Spurgeons kritiek op de leer van wedergeboorte door de doop, maar viel zijn verwijt aan de evangelicals binnen de Anglicaanse Kerk niet bij. Hij wilde deze evangelicals serieus nemen als zij zeiden dat het formulier ook anders uitgelegd kon worden.

Voor Spurgeon waren de leerstukken van verzoening door voldoening en van de noodzaak van wedergeboorte onlosmakelijk verbonden met de realiteit van de eeuwige straf. Tegen het einde van zijn leven raakte Spurgeon betrokken bij de Down Grade Controversy. Het verontrustte Spurgeon dat binnen de kringen van de Baptist Union meerderen geen helder geluid gaven als het ging om de volkomen betrouwbaarheid van de Schrift, de centrale betekenis van verzoening door voldoening en de realiteit van de eeuwige straf. Zaken die voor Spurgeon onlosmakelijk met elkaar verbonden waren. Trouwens ook in onze tijd zien we dat vraagtekens bij de ene zaak vaak verbonden zijn met vraagtekens bij de andere.

Voor Spurgeon is het heel verdrietig geweest dat hij uit eigen kring betrekkelijk weinig bijval ontving. Het heeft volgens meerderen bijgedragen aan zijn betrekkelijke vroege dood. Bijval kreeg Spurgeon vooral van evangelicals binnen de Anglicaanse Kerk over wie hij zich daarvoor wel eens kritisch had uitgelaten.

Spurgeon bracht een ruim Evangelie, maar had zelf wel te kampen met depressiviteit. Ongetwijfeld heeft zijn grote werklast daaraan geen goed gedaan. Daarnaast tobde zijn vrouw na de geboorte van hun tweeling blijvend met haar gezondheid. Last en smaad die over hem zijn uitgestort lieten hem niet onberoerd en vooral ook het feit dat toen hij op zondag 19 oktober 1856 voor 10.000 hoorders in de Music Hall van Surrey Gardens preekte, er welbewust paniek was veroorzaakt met het gevolg dat een aantal hoorders de dood vond in het gedrang dat ontstond.

Zijn vaste overtuiging dat zalig worden alleen genade is en dat God al de Zijnen liefheeft met een eeuwige liefde was voor Spurgeon geen reden het Evangelie niet aan al zijn hoorders te verkondigen en te betuigen dat zij welkom waren bij Christus. Hij wist dat God deze prediking gebruikt om Zijn verkiezend welbehagen te realiseren.

Spurgeons geschriften en preken zijn nog altijd relevant. Het kruis van Christus en de boodschap dat Hij plaatsvervangend de toorn van God wegdroeg, moet het centrum van de prediking zijn. Daaraan verbonden is de noodzaak van wedergeboorte. Een christen worden we niet door eigen krachts-inspanningen maar omdat God Zich over ons ontfermt.

Dat laatste doet niets af aan onze verantwoordelijkheid. Als Christus ons wordt aangeboden en verkondigd, doen wij altijd wat. Of wij wijzen Hem af óf wij omhelzen Hem. Het eerste is eigen schuld. Het tweede is alleen genade. Spurgeon deed bewust geen moeite die twee logisch met elkaar te verbinden, omdat Hij wist dat God ons begrip te boven gaat.

De prediking van verzoening door voldoening en van de noodzaak van wedergeboorte heeft betekenis tegen de achtergrond van de realiteit van de eeuwige straf. Als wij ons die straf niet waardig weten, begint de klassieke boodschap van zonde en genade, van Adam en Christus voor ons zijn relevantie te verliezen.

Met Spurgeon ben ik ervan overtuigd dat deze zaken waar zijn of mensen ze geloven of niet. Vormen van christendom die deze zaken niet ernstig nemen, lijken evenveel op het ware christendom als kalk op kaas lijkt, zo kon Spurgeon zeggen. En hij wist: deze vormen van christendom hebben geen toekomst en hoe dan ook voor de eeuwigheid geen betekenis.

Wat wij nodig hebben, zijn ouders die in liefde de boodschap van zonde en genade, van de noodzaak van verzoening met God en wedergeboorte om de toekomende toorn te ontgaan aan hun kinderen voorhouden, (zondagsschool)onderwijzers en catecheten die dat doen in klaslokalen en catechisatie-lokalen. Predikers die deze zaken niet hooguit even terloops noemen maar deze prediken in betoning van Geest en kracht. Dan mogen we ook in de eenentwintigste eeuw wonderen verwachten, want Gods Woord zal nooit ledig weerkeren.

Tom Nettles, Living by Revealed Truth: The Life and Pastoral Theology of Charles Haddon Spurgeon (Fearn: Christian Focus Publications, 2013), hardcover 683 pp., £29.99 (ISBN 9781781911228)

Michael Reeves, Spurgeon on the Christian Life: Alive in Christ, Theologians on het Christian Life’ (Wheaton: Crossway Books, 2018), paperback 192 pp., $19,99 (ISBN 9781433543876)

Thomas Breimaier, Tethered to the Cross: The Life and Preaching of C.H. Spurgeon (Downers Grove: IVP Academic, 2020), hardcover 288 pp., $40,- (ISBN 9780830853311)

Plaats een reactie