
Klassieke huwelijksformulier
Wie het klassieke huwelijksformulier kent, zal weten dat daar de kinderzegen als tweede doel van het huwelijk wordt genoemd. De eerste taak van de man is om zijn gezin te onderhouden, terwijl de eerste taak van de vrouw in het gezin ligt. Zij is er voor haar man en kinderen. Bij dat laatste geldt als God het huwelijk met de kinderzegen bekroond. Immers, het is mogelijk dat God in Zijn wijsheid die kroon niet op een huwelijk zet. In dat geval moeten de gehuwden het kruis van kinderloosheid dragen.
Het feit dat de kinderzegen pas in de tweede plaats wordt genoemd, betekent niet de kinderzegen er niet toe doet. Het gaat om een volgorde en niet om een rangorde. Alleen geldt wel dat ook een huwelijk dat niet met de kinderzegen wordt bekroond voluit een huwelijk is en blijft. Echter, het huwelijksformulier gaat ervan uit dat het aangaan van een christelijk huwelijk de bereidheid betekent van meet af aan kinderen te ontvangen. De enige Bijbelse uitzondering die kan worden genoemd, is dat het ontvangen van kinderen medisch bezwaarlijk is. Bijvoorbeeld door gebruik van bepaalde medicijnen.
Samenhang huwelijk en kinderzegen
De samenhang tussen huwelijk en kinderzegen vinden we in de Schrift zelf. Nergens wekt de Schrift zelfs maar het vermoeden dat wij mensen die twee van elkaar mogen losmaken. Ik noem Psalm 128, de zogenaamde trouwpsalm. Daar lezen we: ‘Uw huisvrouw zal wezen als een vruchtbare wijnstok aan de zijden van uw huis; uw kinderen als olijfplanten rondom uw tafel’ (Psalm 128:3). In 127:4-5 staat geschreven: ‘Gelijk de pijlen zijn in de hand eens helds, zodanig zijn de zonen der jeugd. Welgelukzalig is de man, die zijn pijlkoker met dezelve gevuld heeft; zij zullen niet beschaamd worden, als zij met de vijanden spreken zullen in de poort.’ Dan geef ik ook nog een tekst door uit de tweede helft van Spreuken 31, de lof van de deugdelijke huisvrouw. Daar staat: ‘Haar kinderen staan op, en roemen haar welgelukzalig’ (Spreuken 31:28).
Eeuwenlang werd de kinderzegen zelfs als eerste doel van het huwelijk gezien. We vinden dat al bij de kerkvader Augustinus. De Reformatie heeft daarmee gebroken. Voor de Reformatoren was het eerste doel van het huwelijk dat man en vrouw elkaar bijstaan in de tijdelijke en vooral ook in de eeuwige dingen. Kinderzegen werd als tweede doel gezien, terwijl tenslotte als doel van het huwelijk het voorkómen van onreinheid werd genoemd. Seksualiteit is een gave van God, maar behoort alleen binnen het huwelijk tussen één man en één vrouw in liefde en tederheid te worden betracht.
Mij viel bij de dienst van het huwelijk van de Engelse kroonprins William met Kate nog eens op dat de Kerk van Engeland een gereformeerde kerk is, maar dan toch ook slechts een ten dele gereformeerde kerk. In de belijdenis van de Kerk van Engeland wordt op gereformeerde wijze het gezag van de Schrift, de rechtvaardiging door het geloof en de verkiezing tot zaligheid beleden. In haar liturgie heeft de Kerk van Engeland echter sterker dan de gereformeerde kerken op het vasteland aan het middeleeuwse verleden vastgehouden. Dat merk je op meer dan één punt in het zogenaamde Gemeenschappelijke Gebedenboek.
In de dienst van William en Kate werd in iets gereviseerde vorm het huwelijksformulier uit de editie van 1662 van het Gemeenschappelijke Gebedenboek voorgelezen. Daar wordt als eerste doel van het huwelijk de kinderzegen genoemd, vervolgens het voorkómen van onreinheid en pas in de derde plaats het elkaar bijstaan. Dan is ons klassieke huwelijksformulier toch Bijbelser in haar accenten.
Hedendaagse visie
Nu staat in onze tijd de relatie tussen huwelijk en kinderzegen onder druk. In de brede samenleving leeft heel sterk het gevoelen dat je kinderen ‘neemt’ als het jou uitkomt. Die geest dringt helaas ook steeds meer de kerk binnen. Allerlei redenen worden genoemd. Bijvoorbeeld de hoogte van de hypotheek of het afmaken van een studie. Of dan is er een te duur huis gekocht of moet toch echt een andere keuze worden gemaakt. Ik hoorde niet zo lang geleden dat als argument werd aangevoerd dat onder de oude bedeling een gehuwde man het eerste jaar van zijn huwelijk niet opgeroepen werd voor de strijd bij oorlog (Deut. 24:5). Echter, dan gaat het erom dat hij niet in de strijd sneuvelt en zijn vrouw met een andere man trouwt zonder dat hij zelf nageslacht heeft. In dit geval laat men de tekst het omgekeerde zeggen van wat er wordt bedoeld.
Onder de oude bedeling werd het niet hebben van nageslacht zelfs zo gezien dat je naam onder de hemel werd uitgedelgd. Dat ligt onder de nieuwe bedeling anders. Echter de ordeningen van het oude verbond gelden ook voor het nieuwe verbond. Ook onder het nieuwe verbond behoren huwelijk en kinderzegen bij elkaar. Dan hoeven we maar te wijzen op 1 Tim. 2:15. Daar wordt van de getrouwde vrouw gezegd: ‘Doch zij zal zalig worden in kinderen te baren, zo zij blijft in het geloof, en liefde, en heiligmaking, met matigheid.’ Wanneer een jong echtpaar het ontvangen van kinderen uitstelt, zeggen zij daarmee feitelijk tegen God dat zij de eerste jaren van hun huwelijk aan de zaligheid nog geen behoefte hebben. Niet het Woord van God en de eer van God is het uitgangspunt, maar het eigen ik.
Nu kan worden tegengeworpen dat jonge mensen biddend tot het besluit zijn gekomen om voorlopig van de kinderzegen af te zien. Dat het gaat om jonge mensen die trouw kerkelijk meeleven, aan Bijbelstudie doen, enz. Dat wil ik allemaal niet wegwuiven, maar het laat alleen zien dat wij heel godsdienstig kunnen zijn en toch de kenmerken van de kinderen van God missen. We kunnen ernstig bidden en toch niet naar Gods wil bidden. We kunnen veel aan Bijbelstudie doen en toch een deksel op ons hart hebben liggen. Mensen van rooms-katholieke huize zijn onder biddend opzien tot God het klooster ingegaan. Dat is echter geen argument dat het kloosterwezen en het celibaat Bijbels zijn. Trouwens, in dat geval brengt men nog een offer en, als de kuisheidsbelofte ernstig wordt genomen, nog geen klein offer ook. Maar als men met godsdienstige motieven wil beredeneren dat een jong echtpaar van de kinderzegen mag afzien, wordt de Bijbel misbruikt om de oproep te leven naar Gods wil naast zich neer te leggen.
Biddend vragen naar Gods wil
Godsdienstig zijn en God werkelijk vrezen is niet hetzelfde. God alleen kan de harten oordelen. Echter, wij mogen wel weten dat een ware christen niet alleen zegt dat Jezus Heere is, maar ook de wil doet van de Vader Die in de hemelen is (Mat. 7:21). Opvallend is dat de Heere Jezus deze woorden zei in dezelfde samenhang als waar wij de vaak geciteerde woorden tegenkomen: ‘Oordeelt niet, opdat gij niet geoordeeld wordt’ (Mat. 7:1). Deze woorden laten zien dat wij niet uit de hoogte moeten oordelen. Wij moeten allereerst onszelf veroordelen. Het betekent niet dat wij onszelf en anderen niet hoeven voor te houden dat een christen herkenbaar is aan zijn gedrag. Als de levenswandel en de belijdenis naar Gods Woord zijn, komt ons het oordeel niet toe of dit een zaak van het hart is. Daarin is God Rechter. Wij mogen echter niet iemand die de brede weg bewandelt in de waan laten dat hij zich op de smalle bevindt. Onszelf en anderen moeten wij telkens weer de oproep van de Heere Jezus in gedachten brengen: ‘Gaat in door de enge poort; want wijd is de poort, en breed is de weg, die tot het verderf leidt, en velen zijn er, die door dezelve ingaan; Want de poort is eng, en de weg is nauw, die tot het leven leidt, en weinigen zijn er, die denzelven vinden’ (Mat. 7:14).
Wij moeten naar Gods wil vragend, leren bidden om onze eigen wil niet na te volgen, maar de wil van God zoals die aan ons geopenbaard is in Zijn Woord. Als ergens duidelijk is dat wij moeten leren bidden, is het wel hier. Waar christen-zijn blijkt in geloof en bekering. Bekering betekent ook concreet levensheiliging en de begeerte niet naar sommige maar naar al Gods geboden te leven. De Heere Jezus Christus zei: ‘Zo wie achter Mij wil komen, die verloochene zichzelven, en neme zijn kruis op, en volge Mij’ (Marcus 8:34).
Kinderaantal
Dan is er nog de vraag naar het aantal kinderen. Dat is minder eenvoudig. Het huwelijk van Abraham en Sara werd slechts met één zoon gezegend, namelijk Izak. Rebekka kreeg na jaren een tweeling, Jacob en Ezau en daar is het bijgebleven. Lea daarentegen ontving zes zonen en een dochter. Hanna was jaren kinderloos geweest, voordat zij Samuël ontving. Daarna kreeg zij nog drie zonen en twee dochters. We weten niet of Job meer vrouwen heeft gehad, maar als dat niet het geval was, heeft zijn vrouw hem tien zonen gebaard.
In onze tijd wordt vier kinderen zo’n beetje als het absolute maximum gezien. Voor die gedachte is Bijbels geen grond. Na elke zwangerschap is van medische zijde het aan de orde stellen van het gebruik van voorbehoedsmiddelen standaard. Maar wat voor de samenleving standaard is, is daarmee voor een christen nog geen maatstaf. Als het gaat om het aantal kinderen, zal de ene vrouw meer aankunnen dan de andere. Het kan verstandig zijn dat de zwangerschappen niet te dicht op elkaar volgen. Periodieke onthouding is dan een mogelijkheid. Dat vraagt wel een offer en zelfbeheersing. Het gebruik van voorbehoedsmiddelen moet als een (tijdelijke) noodsituatie worden ervaren. Hier geldt al helemaal dat wij al onze vragen biddend aan de Heere mogen voorleggen, smekend om wijsheid zonder naar onszelf toe te redeneren.
Als het gaat om huwelijk, kinderzegen en kinderaantal kan ik het boek van wijlen ds. G. Boer: Ik ben de Alpha van harte aanbevelen. Het is nieuw niet meer te krijgen, maar tweedehands is er nog wel aan te komen. Dit boek is de neerslag van preken en de Bijbellezing die Boer in de Hervormde Gemeente van Huizen heeft gehouden. Jarenlang is Boer ook voorzitter van de Gereformeerde Bond. Van meerdere zijden is opgemerkt dat Boer iets profetisch had. In Waarder kwam ik oudere gemeenteleden tegen die in Gouda nog catechisatie van hem hadden gekregen en die konden zeggen dat deze lessen op hen een onuitwisbare indruk hadden nagelaten.
Een opwekking nodig
De Kerk van Nederland wordt door allerlei gevaren bedreigd. Wereldgelijkvormigheid is wellicht de allergrootste dreiging. Het ter harte nemen van het Evangelie van Gods genade leidt tot een godzalige levenswandel. Een wereldse levensstijl leidt ertoe dat de Bijbelse boodschap hoe langer hoe minder ernstig wordt genomen. Zo God het niet verhoedt, wil men geen prediking meer horen waarin men nog wordt opgeroepen tot een hartelijk geloof en waarachtige bekering. Het moet ons niet bevreemden dat zij die een wereldse levensstijl leiden, een prediking willen die een natuurlijk mens geen zeer doet.
In steeds grotere delen van de kerken van Nederland klinkt de roep om de ambten voor vrouwen open te stellen. Overal waar dat het geval is, is de wissel van het verband tussen huwelijk en kinderzegen en dat de taak van een getrouwde vrouw allereerst in haar gezin ligt, al eerder omgezet. Wat wij nodig hebben, is niet aanpassing aan de tijdgeest en aan de heersende cultuur, maar terugkeer naar God en Zijn getuigenis.
De Nederlands Kerk heeft een opwekking nodig. De grote wereldgelijkvormigheid op allerlei terreinen laat dat wel zien. God is niets aan ons verplicht en toch mogen we grote dingen van God verwachten. De Heere wil wel dat wij getrouw zijn. Als het gaat om het vragen van een zegen over het huwelijk in het midden van de gemeente, hoort een kerk te vragen of een bruidspaar werkelijk van harte positief op de in het huwelijksformulier gestelde vragen antwoord kan geven. Als dat niet kan, kan en mag de kerk de zegen van God niet meegeven die mensen blijkbaar zelf nog niet begeren. Tucht is één van de Bijbelse kenmerken van de ware kerk. Het is waar dat God ondanks de boodschap en opstelling van de kerk mensen kan bekeren, maar de gewone weg is toch dat God de boodschap en de tucht van de kerk gebruikt.
Alleen als wij het Woord van God boven alles eren, mogen wij persoonlijk en kerkelijk zegen verwachten. Dat Woord is naar een uitspraak van Spurgeon zeer ruim in de nodiging tot zaligheid, maar nauw in de weg. Voor ons persoonlijk en voor de kerken is het gevaar groot zich aan te passen aan de tijdgeest en aan de heersende cultuur. Uiteindelijk raken wij zo alles kwijt. Als de kerk mensen getrouw behandelt, kan het helaas zo zijn dat mensen afhaken. Onder Gods zegen kan het toch ook leiden tot bekering. En daar gaat het toch om. We mogen zelfs verder gaan. Daar waar het Woord getrouw verkondigd wordt, zal dat vroeg of laat tot bekering leiden. Want het Woord van God keert nooit ledig/zonder resultaat terug, maar het doet wat Hem behaagt. Laten wij grote dingen van God verwachten. De Heere geve ons ook telkens weer zelfverloochening om door Hem, uit Hem en tot Hem te leven.