
In de pers en op de sociale media brak als het ware een tsunami naar aanleiding van het onder de aandacht brengen van de Nashville Statement. Al aan het begin van het initiatief is mij de vraag gesteld: wat doen wij als ook rooms-katholieke geestelijken en opinieleiders willen ondertekenen?
Mijn antwoord luidt dan, zij die het met de Nashville Statement eens zijn, zullen toch niet onder-tekenen. Dat is voor rooms-katholieken overbodig want de inhoud ervan stemt overeen met de officiële leer van de rooms-katholieke kerk. Juist in ethische kwesties reiken Rome en de Reformatie elkaar op de meeste punten de hand. Verschil is er over de vraag of een ambtsdrager ongehuwd moet zijn. Hier zegt Rome ja en de Reformatie nee op.
Als in regeringskringen en bij parlementariërs ongerustheid is over de inhoud van de Nashville Statement, zal men ook aan de pauselijke nuntius hier in Nederland die ongerustheid over de leer van de rooms-katholieke kerk ter sprake moeten brengen. De Nederlandse ambassadeur bij de heilige stoel zal dit moeten doen aan de paus. Anders wordt er wel heel erg met twee maten gemeten.
Prof. dr. Eduardo Echeverria wees er na het verschijnen van de Nashville Statement op dat deze overstemt met Salzburg Declaration van 2015 en met meerdere uitspraken van pausen uit de laatste tientallen jaren over huwelijk en (homo)seksualiteit.
De Catechismus van de Katholieke Kerk over man en vrouw en homoseksualiteit
2333: “…Iedereen, man en vrouw, heeft als opgave zijn geslachtelijke identiteit te erkennen en te aanvaarden. Het fysiek, moreel en geestelijk verschil tussen man en vrouw en de complementariteit zijn afgestemd op de waarden van het huwelijk en op de ontplooiing van het gezinsleven. Het harmonieuze leven van het echtpaar en van de samenleving hangt gedeeltelijk af van de wijze waarop tussen de geslachten de wederzijdse aanvulling, de behoefte en de steun aan elkaar beleefd worden…”
De zonden tegen de kuisheid
2351 De onkuisheid is een ongeregelde begeerte of een ongeordend plezier in het geslachtelijk genot. Geslachtelijk genot is moreel ongeordend, wanneer men het los van de doeleinden van voortplanting en vereniging, omwille van zichzelf zoekt.
2357 Kuisheid en homoseksualiteit
Onder homoseksualiteit verstaat men de betrekkingen tussen mannen of tussen vrouwen die zich seksueel exclusief of overwegend aangetrokken voelen tot personen van hetzelfde geslacht. Homoseksualiteit kent, door de eeuwen heen en binnen de veelheid van culturen, verschillende verschijningsvormen. De psychische oorsprong is moeilijk op te helderen. Steunend op de Heilige Schrift, die deze betrekkingen voorstelt als een ernstige ontaarding, heeft de Overlevering steeds verklaard dat “homoseksuele daden intrinsiek ongeordend zijn”. Ze zijn in strijd met de natuurwet. Homoseksuele handelingen sluiten de seksualiteit af voor de gave van het leven. Ze komen niet voort uit een ware affectieve en seksuele complementariteit. Daarom kunnen ze in geen geval goedgekeurd worden.
2358 Bij een niet gering aantal mannen en vrouwen is de homoseksuele neiging diepgeworteld. Deze objectief ongeordende neiging betekent voor de meesten van hen een beproeving. Men moet deze mensen met respect, begrip en fijngevoeligheid behandelen. Men moet iedere vorm van onrecht-matige discriminatie vermijden. Ook deze mensen zijn geroepen om in hun leven de wil van God te volbrengen en – als zij christen zijn – de problemen die zij als gevolg van hun instelling ondervinden, te verenigen met het kruisoffer van de Heer.
2359 Homoseksuele mensen zijn tot kuisheid geroepen. Door de deugd van zelfbeheersing, die hen tot innerlijke vrijheid opvoedt, eventueel met steun van een belangeloze, vriendschappelijke begeleiding, door het gebed en de genade van de Sacramenten, kunnen en moeten zij geleidelijk en standvastig, voortgang boeken op de weg van de christelijke volmaaktheid.