Een gedegen uitleg op Jesaja die geschikt is voor persoonlijke Bijbelstudie

In de serie Tyndale Old Testament Commentary schreef Paul D. Wegner die als hoogleraar Oude Testament aan Gateway Theological Seminary in Ontario, Californië, is verbonden het deel op Jesaja. In deze reeks gaat men niet diep in op de woorden van de brontekst, maar wel wordt op zeer toe-gankelijke wijze uitleg gegeven over de inhoud van een Bijbelboek. Telkens wordt van een passage kort de context aangeven. Dan volgt de uitleg. Een uitleg die ook academisch gezien van niveau is. Tenslotte wordt kort de boodschap van een passage verwoord

Toegankelijkheid en niveau typeren al zondermeer het deel wat Wegner op Jesaja heeft verzorgd. Aan de uitleg gaat een uitvoerige introductie van meer dan vijftig pagina’s vooraf. Alleen al om deze introductie is aanschaf de moeite waard. Wegner wijst erop dat onder de Grote Profeten Jesaja qua omvang de grootste is. Geen profeet heeft een bediening gehad die zich over een zo groot aantal jaren uitstrekt als Jesaja.

Hij werd geroepen in het sterfjaar van koning Uzzia rond het jaar 740 en gestorven rond 680 vóór Christus tijdens de regering van Manasse. Dat verklaart dat zijn boek minder dan die van de andere Grote Profeten literaire homogeniteit vertoont. Op het historische intermezzo na in Jesaja 36-39, hoofdstukken die de brug vormen tussen het eerste en het tweede deel van Jesaja, is zijn stijl overal semi-poëtisch of soms zelfs voluit poëtisch.

Jesaja heeft geprofeteerd in de tijd dat Assyrië zich tot een grootmacht ontwikkelde. Tijdens zijn leven ging het tienstammenrijk ten onder. Juda ontkwam tijdens de regering van Sanherib nauwelijks dit lot. Wegner laat zien dat wie nauwkeurig leest, bemerkt dat de hofannalen van Assyrië en wat we van de belegering van Jeruzalem door Sanherib in Jesaja en in 2 Koningen lezen, elkaar niet tegenspreekt maar aanvult.

Evenals de inmiddels overleden Anglicaanse oudtestamenticus Alex Motyer en de methodistische John Oswalt, die nog altijd als hoogleraar Oude Testament aan Asbury Theological Seminary is ver-bonden, pleit Wegner ervoor het gehele boek Jesaja aan de profeet uit de achtste eeuw vóór Chr. toe te schrijven. In Nederland vinden we het terug in de Studiebijbel.

Dit standpunt wordt in de oudtestamentische wetenschap slechts door weinigen gedeeld. Veelal wordt het boek Jesaja over twee, drie of nog meer auteurs verdeeld. De tweede helft van Jesaja zou niet uit begin van de zevende eeuw vóór Chr. stammen maar uit de zesde en vijfde eeuw. De belang-rijkste argumenten zijn de realistische wijze waarop de ballingschap in Babel ter sprake wordt gebracht en de verwoesting van Jeruzalem wordt voorondersteld. In het bijzonder wordt gewezen op het voorkomen van de naam van de Perzische vorst Cyrus.

Wegner wijst erop dat de literaire veelkleurigheid van het boek Jesaja is toe te schrijven aan het feit dat de bediening van Jesaja zich uitstrekte over een periode van ongeveer zestig jaar. Juist in de tweede helft van Jesaja komt naar voren dat de HEERE als de Schepper de toekomst kent en de geschiedenis leidt. De vraag of het gehele boek Jesaja van de profeet is die in het jaar dat koning Uzzia stief werd geroepen, is uiteindelijk geen literaire maar een theologische vraag.

In de inleiding schenkt Wegner veel aandacht aan de structuur van het boek Jesaja. Hij wijst dan op wat hij noemt de naden of zomen in het boek. Daarmee doelt hij op passages die het ene deel afsluiten en het volgende introduceren De hoofdcesuur valt uiteraard bij Jesaja 40 waarbij de historische hoofdstukken Jesaja 36-39 de brug vormen van het eerste deel naar het tweede deel van Jesaja. In navolging van onder andere Edward Young verdeelt hij de tweede helft van Jesaja als volgt: Jesaja. 40-48, 49-57, 58-66.

Gebruikelijk is om na hoofdstuk 55 een cesuur te leggen. Het argument van Wegner is dat Jes. 57:14-21 een naad is waarin het voorafgaande wordt samengevat en het vervolg geïntroduceerd. Wegner wijst erop dat hier dezelfde thema’s worden verwoord als in Jes. 48:17-22. De naad waarmee Jesaja 40-48 wordt afgesloten, namelijk dat Israël zowel geoordeeld wordt als verlost en dat de goddelozen worden gestraft. Zowel in Jes. 48:22 als Jes. 57:21 vinden we de woorden: ‘de goddelozen hebben geen vrede.’

In de uitleg van Wegner op Jesaja vinden we een aantal uitgebreide noten (Additional notes) en excur-sen. Deze verhogen de waarde van de uitleg. Juist omdat de uitleg niet al te uitgebreid is, kan de commentaar van Wegner voor hen die de Engelse taal machtig zijn, heel goed voor persoonlijke Bijbel-studie worden gebruikt. Predikanten kunnen vanwege het gedegen karakter winst mee doen bij de voorbereiding van hun preken.

Paul D. Wegner, Isaiah: An Introduction and Commentary, Tyndale Old Testament Commentary 20 (IVP: Londen, 2021), paperback 482 pp., £19,99 (ISBN 9781783599660)

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s