En Maria zei: Mijn ziel maakt de Heere groot (Lukas 1:46)

In het huis van haar nicht Elizabeth vloeide de mond van Maria, de moeder van de Heere Jezus Christus, over van Gods lof. Zij kon niet bevatten waarom de Heere haar had uitgekozen om de Christus voort te brengen. Hoe veelzeggend is dan ook het begin van haar lofzang: “Mijn ziel maakt groot den Heere.” Binnenkort zullen wij weer de komst van de Heere Jezus Christus naar deze aarde herdenken. Het feit zelf ligt ver achter ons. Zaak is dat wij uit het werk van Christus leven, Die naar de aarde kwam om zijn bloed te storten en nu gezeten is aan de rechterhand van Zijn Vader, vanwaar Hij eenmaal wederkomt om de leven­den en de doden te oordelen.

Wie werkelijk de betekenis van kerst heeft beleefd, ziet uit naar de wederkomst van de Heere Jezus Chris­tus. Weet u wat daartoe nodig is? Het antwoord is dat wij de Heere Jezus persoonlijk als Zaligmaker kennen. Er is in ons niets dat God kan behagen. Omdat Hij het Zelf wilde en niet omdat wij erom gevraagd hebben, zond de Heere Zijn Zoon naar deze wereld. Als wij persoonlijk deel krijgen aan de Heere Jezus Christus, is het al niet anders. Wij leren vluchten tot Christus, omdat de Vader ons trekt. Wie dat wonder ervaart, belijdt evenals Maria: “Mijn ziel maakt groot den Heere.”

De Heere bewijst genade, opdat wij Hem daarvoor alle lof en dank toebren­gen en niets anders begeren dan ons leven in Zijn dienst te besteden. Wat kan het verlangen dan groot zijn om eeuwig bij de Heere te zijn. Het kerstfeest bepaalt ons bij het wonder van Gods opzoekende zondaarsliefde. De Heere vraagt naar mensen die niet om Hem verlegen zaten. Gods kinderen zijn al degenen die daar weten van hebben, en daarom maar één begeerte kennen, namelijk de Heere groot te maken.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s